Verpleegkunde & Psychiatrie richt zich op de dagelijkse praktijk van de verpleegkundige in de GGz. Verpleging en begeleiding van cliënten komen aan bod, de ervaring van de cliënten zelf, de rol van familie en vrienden, en de positie van verpleegkundigen in een multidisciplinair team. Verpleegkunde en Psychiatrie is er voor verpleegkundigen die willen werken vanuit de herstelvisie en die de gezonde kant van de kant van de cliënt willen versterken. Wetenschappelijke kennis komt hierbij van pas, maar de ervaring van alle betrokkenen staat voorop.

Verpleegkunde en presentie

De verpleegkunde is het spoor bijster. Bedrijfsmatig werken, werken volgens richtlijnen en protocollen, verantwoording…. Op zichzelf wellicht nuttig, maar volledig doorgeslagen. Veelal verergert verpleegkundige interventie de situatie van de zorgontvangers. Verpleegkundigen dreigen te vergeten waar het werkelijk om gaat. Maar het kan veel beter. Dit beweren prof. Andries Baart en prof. Mieke Grypdonck in hun boek Verpleegkunde en Presentie.

Wat gaat er mis in de verpleegkunde? Met alle professionalisering is de hartelijke aandachtigheid uit het werk verdwenen. Verpleegkundigen redeneren teveel vanuit hun eigen kaders en methodieken, en leggen de zorgontvangers hun agenda en ritme op. Verpleegkundigen zijn teveel gericht op de ziekte, in plaats van de zieke. Zij willen vanuit hun eigen kaders oplossingen aanbieden en wenden zich af van het lijden van de zorgontvanger. Zij verschuilen zich achter richtlijnen en protocollen en troosten zichzelf met de illusie dat ze belangrijke doelen behalen, zonder dat ze echt iets wezenlijks betekenen voor de zorgontvangers.

Hoe moet het dan wel? Volgens Baart en Grypdonck dienen verpleegkundigen in hun werk present te zijn. Zij dienen aandachtig aanwezig te zijn bij de zorgontvanger en aan te sluiten bij zijn of haar leefwereld. In het ritme, de taal, en de omgeving van die zorgontvanger. De verpleegkundige moet een verbinding aan gaan met de zorgontvanger en als het ware leren kijken met zijn of haar ogen. Ongehaast. Zodat de zorgontvanger echt gezien wordt. Pas van daaruit kan de verpleegkundige bekijken of en wat er gedaan kan worden. De verpleegkundige dient ook trouw en aandachtig aanwezig te blijven als het lijden van de zorgontvanger onoplosbaar is of lijkt.

Is presentie beoefenen niet gewoon een beetje aandacht schenken? In de praktijk willen veel verpleegkundigen wel op een presentie-achtige manier werken, maar dat is niet eenvoudig. De presentiebenadering vraagt van verpleegkundigen om ongehaast present te zijn, ondanks alle druk. Ook is flexibiliteit vereist, de verpleegkundige moet (bewust) van protocollen en richtlijnen af kunnen wijken als de situatie daarom vraagt. De verpleegkundige moet aan kunnen sluiten bij de leefwereld van de zorgontvanger en aanwezig kunnen blijven bij diens lijden. De verpleegkundige dient zich bewust te zijn van zijn of haar eigen weerstanden en vooroordelen, en moet zijn of haar gevoel soms tussen haakjes kunnen zetten.

Kan dat wel, werken vanuit de presentiebenadering? Het werken volgens de presentiebenadering strookt soms niet met professionele opvattingen (‘professionele distantie’), en met de voorwaarden waaronder het werk gedaan moet worden (het past niet in vormen van verantwoording, er is geen tijd voor, het heeft geen status). Doodzonde, aldus Baart en Grypdonck. Hoewel de presentiebenadering niet in elke setting op dezelfde manier en in dezelfde mate toegepast kan worden, kan de benadering in veel situaties van grote betekenis zijn. Dit wordt vooral duidelijk in de vele aansprekende voorbeelden in “Verpleegkunde en presentie”. De meeste voorbeelden gaan niet direct over de psychiatrie, maar ook deze zijn leerzaam en boeiend voor verpleegkundigen in de psychiatrie.

Boek: Andries Baart en Mieke Grypdonck: Verpleegkunde en presentie, Uitgeverij Lemma, Den Haag 2008.

Meer lezen over de presentiebenadering? zie: www.presentie.nl